Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Vollzug:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Vollzug (Duits) in het Zweeds

Vollzug:

Vollzug [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Vollzug (Vollstreckung; Durchführung; Hinrichtung; )
    utförande; verkställande; realiserande

Vertaal Matrix voor Vollzug:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
realiserande Durchführung; Exekution; Hinrichtung; Strafvollstreckung; Vollstreckung; Vollziehung; Vollzug
utförande Durchführung; Exekution; Hinrichtung; Strafvollstreckung; Vollstreckung; Vollziehung; Vollzug Arbeitsleistung; Ausübung; Großtat; Leistung; Operation; Verrichtung; Vollziehung
verkställande Durchführung; Exekution; Hinrichtung; Strafvollstreckung; Vollstreckung; Vollziehung; Vollzug Präsidien; zentrale Vorstände
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
verkställande führend; leitend

Synoniemen voor "Vollzug":