Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Zeugnis:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zeugnis (Duits) in het Zweeds

Zeugnis:

Zeugnis [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Zeugnis (Zeugenaussage)
    vittnesmål; utsago; vittnesbörd
  2. Zeugnis (Schulzeugnis)
    skolbetyg
  3. Zeugnis (Universitätsdiplom; Diplom; Urkunde; Dokument)
    diplom
    • diplom [-ett] zelfstandig naamwoord
  4. Zeugnis (Schriftstück; Vertrag; Akte; )
    äkthetsbevis

Vertaal Matrix voor Zeugnis:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
diplom Diplom; Dokument; Universitätsdiplom; Urkunde; Zeugnis Diplom; Leistungszertifikat; Staatsexamen für das Lehramt an der Primarstufe; Urkunde; Zertifikat
skolbetyg Schulzeugnis; Zeugnis Schulzeugnisse
utsago Zeugenaussage; Zeugnis
vittnesbörd Zeugenaussage; Zeugnis
vittnesmål Zeugenaussage; Zeugnis Zeugenaussage
äkthetsbevis Akte; Diplom; Dokument; Lizenz; Schein; Schriftstück; Vertrag; Zeugnis COA; Certificate of Authenticity (Echtheitszertifikat)

Synoniemen voor "Zeugnis":


Wiktionary: Zeugnis

Zeugnis
Cross Translation:
FromToVia
Zeugnis vittnesmål testimony — statement in court
Zeugnis tecken; bevis; gärd; prov; attest témoignageaction de témoigner ; rapport d’un ou de plusieurs témoins sur un fait, soit de vive voix, soit par écrit.

Computer vertaling door derden: