Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Zusammenbringen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zusammenbringen (Duits) in het Zweeds

Zusammenbringen:

Zusammenbringen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Zusammenbringen (Sammlung; Ansammlung; Einsammlung; Häufung; Haufen)
    lägga ihop; sammla ihop
  2. Zusammenbringen (Zusammenfügen)
    sammanfoga

Vertaal Matrix voor Zusammenbringen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lägga ihop Ansammlung; Einsammlung; Haufen; Häufung; Sammlung; Zusammenbringen
sammanfoga Zusammenbringen; Zusammenfügen
sammla ihop Ansammlung; Einsammlung; Haufen; Häufung; Sammlung; Zusammenbringen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lägga ihop bündeln; einsammeln; sammeln; sich solidarisieren; versammeln; zusammentragen
sammanfoga aneinanderkuppeln; aneinanderreihen; kombinieren; koppeln; kuppeln; verbinden; vereinen; vereinigen; verketten; zusammenfügen; zusammenlegen