Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. auch:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor auch (Duits) in het Zweeds

auch:

auch bijvoeglijk naamwoord

  1. auch (dennoch; gleichzeitig; simultan)
    likaväl som
  2. auch
    med
    • med bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor auch:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
likaväl som auch; dennoch; gleichzeitig; simultan
med auch mit

Synoniemen voor "auch":


Wiktionary: auch

auch
adverb
  1. und ferner

Cross Translation:
FromToVia
auch också also — in addition; besides; as well; further; too
auch heller either — (after a negative) as well
auch även; ens; till och med even — implying extreme example
auch också; även; med; ock too — likewise
auch också ook — daarnaast; verder; tevens
auch också; även aussi — Également, de même.

Verwante vertalingen van auch