Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ausbekommen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor ausbekommen (Duits) in het Zweeds

ausbekommen:

ausbekommen werkwoord

  1. ausbekommen (auskriegen)
    avsluta
    • avsluta werkwoord (avslutar, avslutade, avslutat)

Vertaal Matrix voor ausbekommen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avsluta Abkriegen; Beenden
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avsluta ausbekommen; auskriegen abmachen; abschließen; aufessen; aufhören; aufwickeln; aufwinden; aufzehren; aushaben; beenden; enden; ergehen; erledigen; essen; fertig bringen; fertigbringen; fertigmachen; fertigstellen; herunterfahren; hingelangen; hinkommen; komplettieren; speisen; verspeisen; vervollkommnen; vervollständigen; verzehren; vollbringen; vollenden; zu Ende sein; zuendespielen

Computer vertaling door derden: