Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ausgeprägt:


Duits

Uitgebreide vertaling voor ausgeprägt (Duits) in het Zweeds

ausgeprägt:

ausgeprägt bijvoeglijk naamwoord

  1. ausgeprägt (unverkennbar; markant; prononciert)
    utpräglad; uttalad; distinkt

Vertaal Matrix voor ausgeprägt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
utpräglad Dienstgradabzeichen; Rangabzeichen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
distinkt ausgeprägt; markant; prononciert; unverkennbar
utpräglad ausgeprägt; markant; prononciert; unverkennbar
uttalad ausgeprägt; markant; prononciert; unverkennbar gesagt; gesprochen; wortwörtlich; wörtlich

Synoniemen voor "ausgeprägt":


Computer vertaling door derden: