Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. beschimpen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor beschimpen (Duits) in het Zweeds

beschimpen:

beschimpen werkwoord

  1. beschimpen
    pika; håna; smäda
    • pika werkwoord (pikar, pikade, pikat)
    • håna werkwoord (hånar, hånade, hånat)
    • smäda werkwoord (smädar, smädade, smädat)

Vertaal Matrix voor beschimpen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
håna Anschnauzer; Geschimpfe
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
håna beschimpen ausschimpfen; beschimpfen; geringschätzen; spotten; verachten; verhöhnen; verschmähen; verspotten; verächtlich oder hönisch reden von
pika beschimpen
smäda beschimpen schwärzen; spotten; verhöhnen; verleumden; verspotten; verächtlich oder hönisch reden von