Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. garen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor garen (Duits) in het Zweeds

garen:

garen werkwoord

  1. garen (garkochen; kochen)
    koka; laga mat
    • koka werkwoord (kokar, kokade, kokat)
    • laga mat werkwoord (lagar mat, lagade mat, lagat mat)

Vertaal Matrix voor garen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
laga mat Kochen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
koka garen; garkochen; kochen erhitzen; kochen; sieden; zubereiten
laga mat garen; garkochen; kochen Essen zubereiten; kochen

Synoniemen voor "garen":


Wiktionary: garen

garen
  1. intransitiv: gar werden
  2. transitiv: Lebensmittel erhitzen, um sie bekömmlich zu machen, etwas gar werden lassen

Cross Translation:
FromToVia
garen laga mat cook — prepare (food) for eating
garen koka; lagas cook — become ready for eating