Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Vertaal gutsituiert

Vertaal gutsituiert van Duits naar Zweeds

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

gutsituiert:
- piggt; friskt; kry; i form; välbärgad; välbärgat; bemedlad; bemedlat; välmåendet; blomstrandet

Duits

Uitgebreide vertaling voor gutsituiert (Duits) in het Zweeds

gutsituiert:

gutsituiert bijvoeglijk naamwoord

gutsituiert (inbesterForm; gesund; fit; blühend; gutgestellt; heil; wohlhabend; glühend; finanzstark; springlebendig; wohlauf; heilsam; behäbig; hygienisch)
piggt; friskt; kry; i form
- piggt bijvoeglijk naamwoord
- friskt bijvoeglijk naamwoord
- kry bijvoeglijk naamwoord
- i form bijvoeglijk naamwoord
gutsituiert (wohlhabend; bemittelt; begütert; vermögend)
välbärgad; välbärgat; bemedlad; bemedlat; välmåendet; blomstrandet
- välbärgad bijvoeglijk naamwoord
- välbärgat bijvoeglijk naamwoord
- bemedlad bijvoeglijk naamwoord
- bemedlat bijvoeglijk naamwoord
- välmåendet bijvoeglijk naamwoord
- blomstrandet bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor gutsituiert:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bemedlad	begütert; bemittelt; gutsituiert; vermögend; wohlhabend
bemedlat	begütert; bemittelt; gutsituiert; vermögend; wohlhabend	begütert; finanzstark; gut gestellt; gut situiert; in bester Form; kapitalkräftig; sehr bemittelt; sehr reich; springlebendig; stein reich; vermögend; wohlhabend
blomstrandet	begütert; bemittelt; gutsituiert; vermögend; wohlhabend
friskt	behäbig; blühend; finanzstark; fit; gesund; glühend; gutgestellt; gutsituiert; heil; heilsam; hygienisch; inbesterForm; springlebendig; wohlauf; wohlhabend	frisch; frostig; kalt; knackend; knusprig; kühl; nüchtern; reserviert
i form	behäbig; blühend; finanzstark; fit; gesund; glühend; gutgestellt; gutsituiert; heil; heilsam; hygienisch; inbesterForm; springlebendig; wohlauf; wohlhabend
kry	behäbig; blühend; finanzstark; fit; gesund; glühend; gutgestellt; gutsituiert; heil; heilsam; hygienisch; inbesterForm; springlebendig; wohlauf; wohlhabend
piggt	behäbig; blühend; finanzstark; fit; gesund; glühend; gutgestellt; gutsituiert; heil; heilsam; hygienisch; inbesterForm; springlebendig; wohlauf; wohlhabend	pikant
välbärgad	begütert; bemittelt; gutsituiert; vermögend; wohlhabend	begütert; bemittelt; steinreich; vermögend
välbärgat	begütert; bemittelt; gutsituiert; vermögend; wohlhabend	begütert; bemittelt; finanzstark; kapitalkräftig; steinreich; vermögend
välmåendet	begütert; bemittelt; gutsituiert; vermögend; wohlhabend