Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. hinüberreichen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor hinüberreichen (Duits) in het Zweeds

hinüberreichen:

hinüberreichen werkwoord

  1. hinüberreichen (herüberreichen; reichen; darreichen; hinhalten)
    ge; överräcka; överlämna
    • ge werkwoord (ger, gav, givit)
    • överräcka werkwoord (överräcker, överräckte, överräckt)
    • överlämna werkwoord (överlämnar, överlämnade, överlämnat)

Vertaal Matrix voor hinüberreichen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
överlämna Abtragung; Einlieferung
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ge darreichen; herüberreichen; hinhalten; hinüberreichen; reichen ausstellen; austeilen; begünstigen; besorgen; bevorrechten; bevorzugen; bringen; einreichen; einschenken; erweisen; geben; gießen; ins Haus schicken; langen nach; reichen bis; rundbringen; schenken; spenden; stiften; verehren; verschenken; zustellen
överlämna darreichen; herüberreichen; hinhalten; hinüberreichen; reichen besorgen; bringen; ins Haus schicken; konsignieren; rundbringen; zustellen
överräcka darreichen; herüberreichen; hinhalten; hinüberreichen; reichen anbieten; einreichen; vorlegen; überreichen

Synoniemen voor "hinüberreichen":

  • anreichen; helfend zureichen