Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. knuffen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor knuffen (Duits) in het Zweeds

knuffen:

knuffen werkwoord

  1. knuffen (puffen; stoßen)
    banka; hamra; dunka; bulta; klampa; klappra
    • banka werkwoord (bankar, bankade, bankat)
    • hamra werkwoord (hamrar, hamrade, hamrat)
    • dunka werkwoord (dunkar, dunkade, dunkat)
    • bulta werkwoord (bultar, bultade, bultat)
    • klampa werkwoord (klampar, klampade, klampat)
    • klappra werkwoord (klapprar, klapprade, klapprat)

Vertaal Matrix voor knuffen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
banka knuffen; puffen; stoßen Geld auf der Bank tun; ansammeln; aufbewahren; sammeln; scharen; sparen; versammeln; übrigbehalten
bulta knuffen; puffen; stoßen feinreiben; hauen; hämmern; hämmern mit ein Hammer; rammen; schlagen; schwabbeln
dunka knuffen; puffen; stoßen feinreiben; hauen; hämmern; rammen; schlagen; schnalzen
hamra knuffen; puffen; stoßen dreschen; feinreiben; hart schlagen; hauen; hämmern; hämmern mit ein Hammer; rammen; schlagen; verkloppen
klampa knuffen; puffen; stoßen aufwinden; lärmen; poltern; stampfen
klappra knuffen; puffen; stoßen aufwinden; klöppeln; lärmen; poltern; stampfen

Wiktionary: knuffen