Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ledern:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor ledern (Duits) in het Zweeds

ledern:

ledern bijvoeglijk naamwoord

  1. ledern
    läder-

ledern werkwoord

  1. ledern (putzen)
    göra rent; lädra
    • göra rent werkwoord (gör rent, gjorde rent, gjort rent)
    • lädra werkwoord (lädrar, lädrade, lädrat)

Vertaal Matrix voor ledern:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
göra rent Putztag; Saubermachtag; grosse Reinmachung
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
göra rent ledern; putzen
lädra ledern; putzen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
läder- ledern

Wiktionary: ledern

ledern
adjective
  1. (umgangssprachlich) ohne Abwechslung
  2. attributiv: aus Leder bestehend oder gemacht
  3. ähnliche Beschaffenheit wie Leder habend
verb
  1. (transitiv) Leder gerben
  2. (transitiv) mit Leder versehen