Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. onanieren:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor onanieren (Duits) in het Zweeds

onanieren:

onanieren werkwoord

  1. onanieren (masturbieren)
    onanera; runka
    • onanera werkwoord (onanerar, onanerade, onanerat)
    • runka werkwoord (runkar, runkade, runkat)

Vertaal Matrix voor onanieren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
onanera masturbieren; onanieren
runka masturbieren; onanieren

Synoniemen voor "onanieren":

  • einen runterholen; selbst befriedigen; masturbieren; sich einen von der Palme wedeln; wichsen

Wiktionary: onanieren

onanieren
verb
  1. sich sexuell selbst befriedigen

Cross Translation:
FromToVia
onanieren runk wank — act of masturbation