Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. parallel:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor parallel (Duits) in het Zweeds

parallel:

parallel bijvoeglijk naamwoord

  1. parallel (gleichlaufend; synchron)
    paralellt; paralell

Vertaal Matrix voor parallel:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
paralell gleichlaufend; parallel; synchron
paralellt gleichlaufend; parallel; synchron

Synoniemen voor "parallel":


Wiktionary: parallel

parallel
adjective
  1. in gleicher Richtung und in gleichem Abstand verlaufend
  2. gleichzeitig
  3. Informatik: gleichzeitiges Ausführen von Programmen oder Datenübertragungen
  4. Geometrie: zwei Geraden, die in einer Ebene liegen und sich nicht schneiden, sind parallel

Cross Translation:
FromToVia
parallel parallell parallel — equally distant from one another at all points
parallel parallell parallel — having the same overall direction
parallel parallel parallèle — À égale distance pour tout point