Duits

Uitgebreide vertaling voor schleimig (Duits) in het Zweeds

schleimig:

schleimig bijvoeglijk naamwoord

  1. schleimig (schmeichlerisch; schleimerisch)
    övertalandet; trugandet; lirkandet; övertalande; lirkande
  2. schleimig
    slemmig; slemmigt
  3. schleimig
    fin; fint; prydligt
    • fin bijvoeglijk naamwoord
    • fint bijvoeglijk naamwoord
    • prydligt bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor schleimig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lirkande Aneignen; Stibitzen
övertalande Ablisten; Abschmeicheln; Anfeuern; Animieren; Anregen; Anreizen; Anspornen; Anstoßen; Antreiben
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fin schleimig delikat; empfindlich; empfindsam; fein; heikel; hilflos; liebend; quetschbar; sanft; sanftmütig; schwächlich; verletzbar; zart; zärtlich
fint schleimig delikat; dünn; empfindlich; empfindsam; fein; gemütlich; heikel; hilflos; liebend; quetschbar; sanft; sanftmütig; schwächlich; subtil; verletzbar; zart; zärtlich
lirkande schleimerisch; schleimig; schmeichlerisch
lirkandet schleimerisch; schleimig; schmeichlerisch
prydligt schleimig angemessen; attraktiv; aufgeräumt; dekorativ; elegant; fein; geordnet; gepflegt; geziemend; gutaussehend; herb; hygienisch; ordentlich; passend; piekfein; rein; reinlich; sauber; sauber und rein; schicklich; schön; säuberlich
slemmig schleimig
slemmigt schleimig
trugandet schleimerisch; schleimig; schmeichlerisch schmeichelhaft; schmeichlerisch
övertalande schleimerisch; schleimig; schmeichlerisch dringend; dringend nötig; dringlich; nachdrücklich; notwendig; stringent; überredend; überzeugend
övertalandet schleimerisch; schleimig; schmeichlerisch überredend

Synoniemen voor "schleimig":