Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor umwickeln (Duits) in het Zweeds

umwickeln:

umwickeln werkwoord

  1. umwickeln
    svepa runt; svepa in; linda in
    • svepa runt werkwoord (svepar runt, svepade runt, svepat runt)
    • svepa in werkwoord (svepar in, svepade in, svepat in)
    • linda in werkwoord (lindar in, lindade in, lindat in)
  2. umwickeln (verbinden; verhüllen)
    binda om; förbinda; insvepa; linda om
    • binda om werkwoord (binder om, band om, bundit om)
    • förbinda werkwoord (förbinder, förband, förbundit)
    • insvepa werkwoord (insvepar, insvepade, insvepat)
    • linda om werkwoord (lindar om, lindade om, lindat om)

Vertaal Matrix voor umwickeln:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förbinda verbinden
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
binda om umwickeln; verbinden; verhüllen umbinden; umwinden
förbinda umwickeln; verbinden; verhüllen alliiern; aneinanderkuppeln; anhaken; anhängen; ankoppeln; ankuppeln; haken; koppeln; kuppeln; zusammenfügen
insvepa umwickeln; verbinden; verhüllen hinzuziehen
linda in umwickeln
linda om umwickeln; verbinden; verhüllen
svepa in umwickeln
svepa runt umwickeln

Synoniemen voor "umwickeln":