Duits
Uitgebreide vertaling voor vertagen (Duits) in het Zweeds
vertagen:
-
vertagen (hinausschieben; verschieben; verlegen; aufschieben)
-
vertagen
Conjugations for vertagen:
Präsens
- vertage
- vertagst
- vertagt
- vertagen
- vertagt
- vertagen
Imperfekt
- vertagte
- vertagtest
- vertagte
- vertagten
- vertagtet
- vertagten
Perfekt
- habe vertagt
- hast vertagt
- hat vertagt
- haben vertagt
- habt vertagt
- haben vertagt
1. Konjunktiv [1]
- vertage
- vertagest
- vertage
- vertagen
- vertaget
- vertagen
2. Konjunktiv
- vertagte
- vertagtest
- vertagte
- vertagten
- vertagtet
- vertagten
Futur 1
- werde vertagen
- wirst vertagen
- wird vertagen
- werden vertagen
- werdet vertagen
- werden vertagen
1. Konjunktiv [2]
- würde vertagen
- würdest vertagen
- würde vertagen
- würden vertagen
- würdet vertagen
- würden vertagen
Diverses
- vertag!
- vertagt!
- vertagen Sie!
- vertagt
- vertagend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor vertagen:
| Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| ajournera | vertagen | abstoppen; beenden; sstoppen |
| flytta fram | vertagen | abstoppen; beenden; sstoppen |
| senarelägga | aufschieben; hinausschieben; verlegen; verschieben; vertagen | |
| skjuta på | aufschieben; hinausschieben; verlegen; verschieben; vertagen | animieren; anspornen; beschießen; ermuntern; ermutigen; motivieren; schießen auf; stimulieren |
Synoniemen voor "vertagen":
Wiktionary: vertagen
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • vertagen | → skjuta upp | ↔ defer — to delay |
| • vertagen | → uppskjuta; stämma | ↔ ajourner — remettre à un autre jour. |
| • vertagen | → variera | ↔ différer — Traductions à trier suivant le sens |
| • vertagen | → backa; rygga; baklänges | ↔ reculer — tirer ou pousser un objet en arrière. |
| • vertagen | → förjaga | ↔ renvoyer — envoyer de nouveau. |