Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. aboriginal:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor aboriginal (Engels) in het Duits

aboriginal:

aboriginal [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the aboriginal (native; indigenous)
    der Einheimische; der Einwohner; der Ureinwohner; der Eingeborene
  2. the aboriginal (aborigine)
    der Urbewohner

aboriginal bijvoeglijk naamwoord

  1. aboriginal (native; indigenous; innate; )
    einheimische; eingeborene; autochton

Vertaal Matrix voor aboriginal:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Eingeborene aboriginal; indigenous; native inlander; local; native
Einheimische aboriginal; indigenous; native
Einwohner aboriginal; indigenous; native denizen; dweller; habitant; householder; indweller; inhabitant; lessee; locals; lodger; renter; resident; tenant
Urbewohner aboriginal; aborigine
Ureinwohner aboriginal; indigenous; native locals
- aborigine; indigen; indigene; native
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- native; primaeval; primal; primeval; primordial
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- original inhabitant
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
autochton aboriginal; inborn; indigenous; innate; local; native; natural autochthonal; domestic; indigenous; native
eingeborene aboriginal; inborn; indigenous; innate; local; native; natural
einheimische aboriginal; inborn; indigenous; innate; local; native; natural native

Verwante woorden van "aboriginal":

  • aboriginals

Synoniemen voor "aboriginal":

  • Aboriginal; Australian; Aussie; ethnic group; ethnos
  • native
  • primal; primeval; primaeval; primordial; early
  • Aborigine; Abo; Aboriginal; native Australian; Australian Aborigine; Australian; Aussie; ethnic group; ethnos

Antoniemen van "aboriginal":

  • nonnative

Verwante definities voor "aboriginal":

  1. having existed from the beginning; in an earliest or original stage or state1
    • aboriginal forests1
  2. characteristic of or relating to people inhabiting a region from the beginning1
    • the aboriginal peoples of Australia1
  3. an indigenous person who was born in a particular place1
    • the Canadian government scrapped plans to tax the grants to aboriginal college students1

Wiktionary: aboriginal

aboriginal
noun
  1. -
adjective
  1. original; indigenous

Cross Translation:
FromToVia
aboriginal einheimisch aborigène — anthropo|fr Qui est originaire du pays où il vivre.

Computer vertaling door derden: