Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. piercings:
  2. piercing:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor piercings (Engels) in het Duits

piercings:

piercings [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the piercings (intersections; sections; slashes; cuts; cuttings)
    die Durchmesser; die Durchschnitte

Vertaal Matrix voor piercings:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Durchmesser cuts; cuttings; intersections; piercings; sections; slashes averages; center line; cross-cut; diameter; diameters; norms; profile; section
Durchschnitte cuts; cuttings; intersections; piercings; sections; slashes

Verwante woorden van "piercings":


piercings vorm van piercing:

piercing bijvoeglijk naamwoord

  1. piercing (shrill; penetrating; rasping)
    eindringlich; durchdringend
  2. piercing (penetrating)
    penetrant; durchdringend
  3. piercing (dire; grinding)
    nagend; empfindlich; beißend

piercing [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the piercing (cutting; intersection; section)
    der schneidender Schmerz

Vertaal Matrix voor piercing:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
schneidender Schmerz cutting; intersection; piercing; section
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- acute; cutting; discriminating; incisive; keen; knifelike; lancinate; lancinating; penetrating; penetrative; sharp; stabbing
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beißend dire; grinding; piercing biting; brutal; corroding; corrosive; cutting; dead sharp; embittered; exasperated; fierce; inhuman; pityless; prickly; ruthless; sarcastic; stinging; thorny
durchdringend penetrating; piercing; rasping; shrill
eindringlich penetrating; piercing; rasping; shrill penetrating
empfindlich dire; grinding; piercing cross-grained; delicate; diplomatic; discreet; easily hurt; flimsy; fragile; frail; frightened of pain; grim; gruff; grumpy; huffy; lean; miserable; poor; ragged; ramshackle; rickety; sensitive; shabby; squeamish about pain; stern; sullen; surly; susceptible; tactful; tender; tender hearted; thin; thin-skinned; touchy; vulnerable; weak; wobbly; wonky
nagend dire; grinding; piercing
penetrant penetrating; piercing

Verwante woorden van "piercing":


Synoniemen voor "piercing":


Verwante definities voor "piercing":

  1. painful as if caused by a sharp instrument1
    • piercing knifelike pains1
    • piercing cold1
    • piercing criticism1
  2. having or demonstrating ability to recognize or draw fine distinctions1

Wiktionary: piercing

piercing
noun
  1. hole for jewelry
piercing
noun
  1. ohne Plural: das Durchstehen von Körperstellen, um Schmuckstücke anzubringen
  2. Schmuckstück, das an einer durchstochenen Stelle des Körpers getragen wird

Cross Translation:
FromToVia
piercing grell; herb; scharf; beißend; heftig; hart; rau; streng perçant — Qui percer, qui pénétrer.