Home ->Woordenboeken ->Engels/Duits ->Vertaal pitchers

Vertaal pitchers van Engels naar Duits

Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. pitchers:
  2. pitcher:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor pitchers (Engels) in het Duits

pitchers:

pitchers [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the pitchers (jugs)
    die Kannen
    • Kannen [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pitchers:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Kannen jugs; pitchers

Verwante woorden van "pitchers":


pitcher:

pitcher [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the pitcher (jug; jar; stone bottle)
    der Krug; die Krüge; die Wärmflasche; die Flasche
    • Krug [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Krüge [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Wärmflasche [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Flasche [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. the pitcher (water jar)
    die Wärmflasche; der Bettwärmer
  3. the pitcher (thrower)
    der Werfer
    • Werfer [der ~] zelfstandig naamwoord
  4. the pitcher (jar)
    die Wärmflasche

Vertaal Matrix voor pitcher:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Bettwärmer pitcher; water jar
Flasche jar; jug; pitcher; stone bottle bottle; drip; dud; flask; good-for-nothing; lazybones; lemon; loiterer; slacker; slowcoach; slowpoke; sluggard; snail; wine-bottle; wretch; wretched fellow; yellowbelly
Krug jar; jug; pitcher; stone bottle bar; café; coffee-shop; inn; pub; public house; refreshment bar; tavern
Krüge jar; jug; pitcher; stone bottle
Werfer pitcher; thrower
Wärmflasche jar; jug; pitcher; stone bottle; water jar
- ewer; hurler; mound; pitcherful; twirler

Verwante woorden van "pitcher":


Synoniemen voor "pitcher":


Verwante definities voor "pitcher":

  1. the position on a baseball team of the player who throws the ball for a batter to try to hit1
    • he has played every position except pitcher1
  2. an open vessel with a handle and a spout for pouring1
  3. (baseball) the person who does the pitching1
    • our pitcher has a sore arm1
  4. (botany) a leaf that that is modified in such a way as to resemble a pitcher or ewer1
  5. the quantity contained in a pitcher1

Wiktionary: pitcher

pitcher
noun
  1. the player who throws the ball to the batter
  2. A wide-mouthed, deep vessel for holding liquids
Cross Translation:
FromToVia
• pitcher → Kanne; Krug ↔ cruche — récipient à anse
• pitcher → Krug ↔ pichet — Pot à anse, dont on se sert pour mettre diverses boissons.







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0262 seconde
Page rendered in 1.0 seconds