Home ->Woordenboeken ->Engels/Spaans ->Vertaal bleeding

Vertaal bleeding van Engels naar Spaans

Overzicht

Engels naar Spaans: Meer gegevens...

bleeding:
- hemorragia; metrorragia
bleed:
- sangrar
- a sangre
Wiktionary:
- bleeding → hemorragia
- bleed → purgar, sangrar
- bleed → sangrar

Engels

Uitgebreide vertaling voor bleeding (Engels) in het Spaans

bleeding:

bleeding [the ~] zelfstandig naamwoord

the bleeding (haemorrhage; hemorrhage)
la hemorragia; la metrorragia
- hemorragia [la ~] zelfstandig naamwoord
- metrorragia [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bleeding:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
hemorragia	bleeding; haemorrhage; hemorrhage
metrorragia	bleeding; haemorrhage; hemorrhage	flowing; menorrhagia
-	haemorrhage; hemorrhage
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	blood-letting

Verwante woorden van "bleeding":

bleed

Synoniemen voor "bleeding":

hemorrhage; haemorrhage; injury; hurt; harm; trauma

Verwante definities voor "bleeding":

the flow of blood from a ruptured blood vessel¹

Wiktionary: bleeding

Cross Translation:

From	To	Via
• bleeding	→ hemorragia	↔ Blutung — Austritt von Blut aus dem Gefäßsystem (intrakorporal) in eine andere Körperhöhle (ein anderes Kompartiment) oder (extrakorporal) aus dem Körper heraus
• bleeding	→ hemorragia	↔ Hämorrhagie — Medizin: Austreten von Blut aus einem beliebigen Bereich der Blutbahn bzw. des Blutkreislaufs

bleed:

to bleed werkwoord (bleeds, bleeding)

to bleed
sangrar
- sangrar werkwoord

Conjugations for bleed:

present

bleed
bleed
bleeds
bleed
bleed
bleed

present perfect

have bled
have bled
has bled
have bled
have bled
have bled

past continuous

was bleeding
were bleeding
was bleeding
were bleeding
were bleeding
were bleeding

future

shall bleed
will bleed
will bleed
shall bleed
will bleed
will bleed

continuous present

am bleeding
are bleeding
is bleeding
are bleeding
are bleeding
are bleeding

subjunctive

be bled
be bled
be bled
be bled
be bled
be bled

diverse

bleed!
let's bleed!
bled
bleeding

1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

bleed [the ~] zelfstandig naamwoord

the bleed

– The extent to which a picture runs off the printed page. ²
a sangre
- a sangre

Vertaal Matrix voor bleed:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
sangrar	bleed
-	haemorrhage; hemorrhage; leech; phlebotomise; phlebotomize; run; shed blood
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
a sangre	bleed
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	fleece; skin

Verwante woorden van "bleed":

bleeding

Synoniemen voor "bleed":

shed blood; hemorrhage; discharge; expel; eject; release
leech; phlebotomize; phlebotomise; treat; care for
extort; squeeze; rack; gouge; wring
run; diffuse; spread; spread out; fan out
empty

Verwante definities voor "bleed":

lose blood from one's body¹
draw blood¹
- In the old days, doctors routinely bled patients as part of the treatment¹
drain of liquid or steam¹
- bleed the radiators¹
- the mechanic bled the engine¹
be diffused¹
get or extort (money or other possessions) from someone¹
- They bled me dry--I have nothing left!¹
The extent to which a picture runs off the printed page.²

Wiktionary: bleed

bleed

verb

remove air bubbles
- bleed → purgar
lose blood
- bleed → sangrar

Cross Translation:

From	To	Via
• bleed	→ sangrar	↔ bluten — austreten von Blut bei einer äußeren Verletzung
• bleed	→ sangrar	↔ saigner — tirer du sang ouvrir une veine.

Verwante vertalingen van bleeding