Overzicht
Engels naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. indolence:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor indolence (Engels) in het Spaans

indolence:

indolence [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the indolence (idleness; lazy)
    la pereza; la comodidonería
  2. the indolence (indiference)
    la indolencia; la falta de cuidado
  3. the indolence (slowness; inertia; laziness; )
    la inercia; la indolencia
  4. the indolence (laziness)
    la pereza; la indolencia

Vertaal Matrix voor indolence:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
comodidonería idleness; indolence; lazy
falta de cuidado indiference; indolence
indolencia indiference; indolence; inertia; inertness; laziness; lethargy; listlessness; ponderousness; sloth; slowness; sluggishness; tardiness; unwieldiness mental inertia
inercia indolence; inertia; inertness; laziness; lethargy; listlessness; ponderousness; sloth; slowness; sluggishness; tardiness; unwieldiness dullness; inactivity; inertia; lack of energy; languor; lethargy; mental inertia; non activity; will-lessness
pereza idleness; indolence; laziness; lazy blank; dullness; emptiness; idleness; inertia; laziness; lethargy; shirking; slacking; void; will-lessness
- laziness
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- listlessness

Synoniemen voor "indolence":


Verwante definities voor "indolence":

  1. inactivity resulting from a dislike of work1

Wiktionary: indolence


Cross Translation:
FromToVia
indolence abatimiento; ahilo; melancolía; deducción; apatía abattementdiminution rapide, d’une durée plus ou moins longue, des forces physiques et des fonctions psychiques.