Overzicht
Engels naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. you:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor you (Engels) in het Spaans

you:

you bijvoeglijk naamwoord

  1. you (to you)
    a ti; te
    • a ti bijvoeglijk naamwoord
    • te bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor you:

OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
os thee; thou; you; you fellows
te thee; thou; you; your
ti thee; thou; you; your
tu thee; thou; you; your
tuya you; your
tuyo you; your
thee; thou; you
usted thee; thou; you
ustedes thee; thou; you; you fellows
vosotras thee; thou; you
vosotros thee; thou; you; you fellows
vuestra you; you fellows
vuestro you; you fellows
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
a ti to you; you
te to you; you
tu your
tuyo your

Wiktionary: you

you
en-pron
  1. object pronoun: the group being addressed
  2. object pronoun: the person being addressed
  3. subject pronoun: the group being addressed
  4. subject pronoun: the person being addressed
  5. one
en-det
  1. the individual or group spoken/written to
  2. used before epithets for emphasis
    • youso

Cross Translation:
FromToVia
you vosotras; vosotros jullie — (accusatief)
you vosotras; vosotros jullie — (datief)
you vosotras; vosotros jullie — nv.nom
you ti; te jou — tweede persoon enkelvoud (accusatief) ((datief)) informeel
you te; jij — aangesproken persoon enkelvoud informeel
you usted Sie — die offizielle Anrede (im Geschäftsleben, in und an Behörden, privat unter Erwachsenen) an die angesprochene(n) oder angeschriebene(n) Person(en), falls nicht die vertraute Form du verwendet wird, andere Regeln gelten oder Gewohnheit sind
you a ti dichAkkusativ der zweiten Person Singular
you ustedes; vosotras; vosotros ihr — 2. Person Plural
you alguien manjemand, einer/eine (im Sinne von jemandem, der auch für eine beliebige Person stehen kann)
you uno on — Personne indéfinie
you tu — Pronom personnel sujet de la deuxième personne du singulier

Verwante vertalingen van you