Seasonings in het Frans vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Frans: Meer gegevens...

seasonings:
- épices; aromates; condiments
seasoning:
- marinade; arôme; herbe aromatique; épices; aromatisant; lanceur de modes
Wiktionary:
- seasoning → assaisonnement, épice, culot
- seasoning → assaisonnement

Engels

Uitgebreide vertaling voor seasonings (Engels) in het Frans

seasonings:

seasonings [the ~] zelfstandig naamwoord

the seasonings (herbs; spices; flavourings)
l'épices; l'aromates
- épices [la ~] zelfstandig naamwoord
- aromates [le ~] zelfstandig naamwoord
the seasonings (spices; condiments)
l'épices; le condiments
- épices [la ~] zelfstandig naamwoord
- condiments [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor seasonings:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aromates	flavourings; herbs; seasonings; spices
condiments	condiments; seasonings; spices
épices	condiments; flavourings; herbs; seasonings; spices	flavoring; flavouring; flavourings; seasoning; spice; spices

Verwante woorden van "seasonings":

seasoning

seasonings vorm van seasoning:

seasoning [the ~] zelfstandig naamwoord

the seasoning
la marinade
- marinade [la ~] zelfstandig naamwoord
the seasoning (flavouring; flavoring)
l'arôme
- arôme [le ~] zelfstandig naamwoord
the seasoning (flavouring; flavoring)
l'herbe aromatique
- herbe aromatique [la ~] zelfstandig naamwoord
the seasoning (flavouring; flavourings; spice; spices; flavoring)
l'épices; l'aromatisant; le lanceur de modes
- épices [la ~] zelfstandig naamwoord
- aromatisant [le ~] zelfstandig naamwoord
- lanceur de modes [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor seasoning:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aromatisant	flavoring; flavouring; flavourings; seasoning; spice; spices	braggart; flavoring; flavouring; spices; swaggerer; swank-pot
arôme	flavoring; flavouring; seasoning	aroma; bouquet; fragrance; odor; odour; perfume; scent; smell
herbe aromatique	flavoring; flavouring; seasoning
lanceur de modes	flavoring; flavouring; flavourings; seasoning; spice; spices
marinade	seasoning
épices	flavoring; flavouring; flavourings; seasoning; spice; spices	condiments; flavourings; herbs; seasonings; spices
-	flavorer; flavoring; flavourer; flavouring; seasoner

Verwante woorden van "seasoning":

seasonings, season

Synoniemen voor "seasoning":

flavorer; flavourer; flavoring; flavouring; seasoner; ingredient; fixings
change of state

Verwante definities voor "seasoning":

the act of adding a seasoning to food¹
something added to food primarily for the savor it imparts¹

Wiktionary: seasoning

seasoning

noun

Cooking ingredient
- seasoning → assaisonnement; épice

seasoning

noun

action d’assaisonner.
- assaisonnement → seasoning
Résidu de cuisson ou de combustion
- culot → seasoning
Condiment aromatique
- épice → spice; seasoning

Cross Translation:

From	To	Via
• seasoning	→ assaisonnement	↔ Würze — Aromatisierungsmittel; Substanz zur Beeinflussung des Geschmacks

Remove Ads

Vertaal seasonings van Engels naar Frans

Uitgebreide vertaling voor seasonings (Engels) in het Frans

seasonings:

seasonings [the ~] zelfstandig naamwoord

the seasonings (herbs; spices; flavourings)

the seasonings (spices; condiments)

Vertaal Matrix voor seasonings:

Verwante woorden van "seasonings":

seasonings vorm van seasoning:

seasoning [the ~] zelfstandig naamwoord

the seasoning

the seasoning (flavouring; flavoring)

the seasoning (flavouring; flavoring)

the seasoning (flavouring; flavourings; spice; spices; flavoring)

Vertaal Matrix voor seasoning:

Verwante woorden van "seasoning":

Synoniemen voor "seasoning":

Verwante definities voor "seasoning":

Wiktionary: seasoning