Overzicht
Engels naar Frans: Meer gegevens...
- vindication:
-
Wiktionary:
- vindication → justification, apologie
- vindicate → blanchir, faire valoir, défendre, revendiquer, affirmer, justifier, réclamer, excuser
- vindicate → relaxer, libérer, absoudre, acquitter, innocenter, défendre, préconiser, professer, revendiquer
Engels
Uitgebreide vertaling voor vindication (Engels) in het Frans
vindication:
-
the vindication (apology; excuse; justification; thinking up a story; weathering)
-
the vindication (justification)
Vertaal Matrix voor vindication:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
fait de s'excuser | apology; excuse; justification; thinking up a story; vindication; weathering | |
fait de se justifier | apology; excuse; justification; thinking up a story; vindication; weathering | |
justification | justification; vindication | justification; responsibility |
légitimation | justification; vindication | I.D.; ID; identification; identification card; passport |
- | defence; defense; exoneration |
Verwante woorden van "vindication":
Synoniemen voor "vindication":
Verwante definities voor "vindication":
Wiktionary: vindication
vindication
noun
vindication
-
the act of vindicating
- vindication → justification
vindicate:
Vertaal Matrix voor vindicate:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | justify | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | maintain; reclaim |
Verwante woorden van "vindicate":
Synoniemen voor "vindicate":
Verwante definities voor "vindicate":
Wiktionary: vindicate
vindicate
Cross Translation:
verb
vindicate
-
to clear from an accusation, suspicion or criticism
- vindicate → blanchir
-
to justify by providing evidence
- vindicate → faire valoir
-
to maintain or defend a cause against opposition
- vindicate → défendre; revendiquer; affirmer
-
to provide justification
- vindicate → justifier
-
to claim
- vindicate → revendiquer; réclamer
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vindicate | → relaxer; libérer; absoudre; acquitter; innocenter | ↔ vrijpleiten — door pleiten vrijspraak verwerven voor iemand, door pleiten de onschuld aantonen van iemand, door pleiten verdedigen |
• vindicate | → défendre; préconiser; professer | ↔ verfechten — Auffassung, Meinung, Standpunkt und Anderes vehement vertreten; für etwas energisch eintreten |
• vindicate | → revendiquer | ↔ vindizieren — rechtssprachlich: als Eigentümer vom Besitzer einer Sache die Aushändigung fordern |