Caries: vertaling Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

caries:
- tandbederf
Wiktionary:
- caries → gaatjes, tandbederf, cariës
- caries → cariës

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

cariës:
- tooth decay; cavity; dental disease
Wiktionary:
- cariës → tooth decay, caries
- cariës → caries

Engels

Uitgebreide vertaling voor caries (Engels) in het Nederlands

caries:

caries [the ~] zelfstandig naamwoord

the caries (tooth deacay)
het tandbederf
- tandbederf [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor caries:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
tandbederf	caries; tooth deacay
-	cavity; dental caries; tooth decay

Synoniemen voor "caries":

cavity; dental caries; tooth decay; decay

Verwante definities voor "caries":

soft decayed area in a tooth; progressive decay can lead to the death of a tooth¹

Wiktionary: caries

caries

noun

progressive destruction of bone or tooth by decay
- caries → gaatjes; tandbederf; cariës

caries

noun

(medisch, nld) aantasting van tandglazuur en het tandbeen door bacterie
- cariës → tooth decay; caries
aantasting van tandglazuur en het tandbeen door bacteriën
- tandbederf → tooth decay; caries

Cross Translation:

From	To	Via
• caries	→ cariës	↔ Karies — Medizin: Erkrankung der Zähne, bei der der Zahnschmelz und teilweise das Dentin zerfällt

Computer vertaling door derden:

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor caries (Nederlands) in het Engels

cariës:

cariës [de ~] zelfstandig naamwoord

de cariës
the tooth decay; the cavity; the dental disease
- tooth decay [the ~] zelfstandig naamwoord
- cavity [the ~] zelfstandig naamwoord
- dental disease [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cariës:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
cavity	cariës	barst; compartiment; coupé; gat; groef; hol; holle ruimte; holte; inkeping; kloof; kuil; muurnis; niche; nis; opening; reet; scheur; split; uitholling; uitsparing
dental disease	cariës
tooth decay	cariës

Verwante definities voor "cariës":

gaatjes in je tanden²
- als je teveel snoept krijg je cariës²

Wiktionary: cariës

cariës

noun

(medisch, nld) aantasting van tandglazuur en het tandbeen door bacterie
- cariës → tooth decay; caries

cariës

noun

progressive destruction of bone or tooth by decay
- caries → gaatjes; tandbederf; cariës

Cross Translation:

From	To	Via
• cariës	→ caries	↔ Karies — Medizin: Erkrankung der Zähne, bei der der Zahnschmelz und teilweise das Dentin zerfällt

Computer vertaling door derden:

Engelse en Nederlandse zoekresultaten voor: caries

Uitgebreide vertaling voor caries (Engels) in het Nederlands

caries:

caries [the ~] zelfstandig naamwoord

the caries (tooth deacay)

Vertaal Matrix voor caries:

Synoniemen voor "caries":

Verwante definities voor "caries":

Wiktionary: caries

Uitgebreide vertaling voor caries (Nederlands) in het Engels

cariës:

cariës [de ~] zelfstandig naamwoord

de cariës

Vertaal Matrix voor cariës:

Verwante definities voor "cariës":

Wiktionary: cariës