Overzicht
Engels
Uitgebreide vertaling voor gulp (Engels) in het Nederlands
gulp:
Conjugations for gulp:
present
- gulp
- gulp
- gulps
- gulp
- gulp
- gulp
simple past
- gulped
- gulped
- gulped
- gulped
- gulped
- gulped
present perfect
- have gulped
- have gulped
- has gulped
- have gulped
- have gulped
- have gulped
past continuous
- was gulping
- were gulping
- was gulping
- were gulping
- were gulping
- were gulping
future
- shall gulp
- will gulp
- will gulp
- shall gulp
- will gulp
- will gulp
continuous present
- am gulping
- are gulping
- is gulping
- are gulping
- are gulping
- are gulping
subjunctive
- be gulped
- be gulped
- be gulped
- be gulped
- be gulped
- be gulped
diverse
- gulp!
- let's gulp!
- gulped
- gulping
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
-
the gulp (swallowing movement)
Vertaal Matrix voor gulp:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
slikbeweging | gulp; swallowing movement | |
- | draft; draught; gulping; swig | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
doorslikken | gulp; gulp down; swallow; take in | swallow |
lurken | gulp; suck | suck |
slikken | gulp; gulp down; swallow; take in | |
slurpen | gulp; suck | slurp |
zuigen | gulp; suck | blow; give a blow-job; suck |
- | quaff; swig |
Verwante woorden van "gulp":
Synoniemen voor "gulp":
Verwante definities voor "gulp":
Verwante vertalingen van gulp
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor gulp (Nederlands) in het Engels
gulp:
-
de gulp
-
de gulp (broeksgulp)
Vertaal Matrix voor gulp:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
fly | broeksgulp; gulp | vlieg |
zip | gulp | rits; ritssluiting; sluiting |
zip-fastener | gulp | rits; ritssluiting; sluiting |
zipper | broeksgulp; gulp | rits; ritssluiting; sluiting |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
fly | laten opstijgen; oplaten; per vliegtuig reizen; vlieden; vliegen; vluchten; wegvluchten |
Verwante woorden van "gulp":
gulpen:
-
gulpen (in stromen neerstorten; gutsen)
Conjugations for gulpen:
o.t.t.
- gulp
- gulpt
- gulpt
- gulpen
- gulpen
- gulpen
o.v.t.
- gulpte
- gulpte
- gulpte
- gulpten
- gulpten
- gulpten
v.t.t.
- ben gegulpt
- bent gegulpt
- is gegulpt
- zijn gegulpt
- zijn gegulpt
- zijn gegulpt
v.v.t.
- was gegulpt
- was gegulpt
- was gegulpt
- waren gegulpt
- waren gegulpt
- waren gegulpt
o.t.t.t.
- zal gulpen
- zult gulpen
- zal gulpen
- zullen gulpen
- zullen gulpen
- zullen gulpen
o.v.t.t.
- zou gulpen
- zou gulpen
- zou gulpen
- zouden gulpen
- zouden gulpen
- zouden gulpen
diversen
- gulp!
- gulpt!
- gegulpt
- gulpend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze