Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. mesh:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. mesh:


Engels

Uitgebreide vertaling voor mesh (Engels) in het Nederlands

mesh:

mesh [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the mesh
    de maas
    • maas [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. the mesh (cloud; peer-to-peer graph; Internet; peer mesh)
    – The worldwide collection of networks and gateways that use the TCP/IP suite of protocols to communicate with one another. 1

Vertaal Matrix voor mesh:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
maas mesh
- engagement; interlock; interlocking; mesh topology; meshing; meshwork; net; network
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sporen he doesn't mesh completely; mesh go by rail; track; walk in the same track
- engage; enmesh; ensnarl; interlock; lock; operate
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
cloud Internet; cloud; mesh; peer mesh; peer-to-peer graph
hij spoort niet helemaal he doesn't mesh completely; mesh
mesh Internet; cloud; mesh; peer mesh; peer-to-peer graph
peer mesh Internet; cloud; mesh; peer mesh; peer-to-peer graph
peer-to-peergrafiek Internet; cloud; mesh; peer mesh; peer-to-peer graph

Verwante woorden van "mesh":

  • meshing, meshes

Synoniemen voor "mesh":


Antoniemen van "mesh":


Verwante definities voor "mesh":

  1. the act of interlocking or meshing2
  2. an open fabric of string or rope or wire woven together at regular intervals2
  3. the topology of a network whose components are all connected directly to every other component2
  4. contact by fitting together2
  5. the number of openings per linear inch of a screen; measures size of particles2
    • a 100 mesh screen2
    • 100 mesh powdered cellulose2
  6. coordinate in such a way that all parts work together effectively2
  7. entangle or catch in (or as if in) a mesh2
  8. keep engaged2
  9. work together in harmony2
  10. An object whose surface contains faces, each of which is described by a simple polygon.1
  11. The worldwide collection of networks and gateways that use the TCP/IP suite of protocols to communicate with one another.1

Wiktionary: mesh

mesh
noun
  1. opening
mesh
noun
  1. een van de geknoopte ringen waaruit een net bestaat

Verwante vertalingen van mesh



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor mesh (Nederlands) in het Engels

mesh:

mesh

  1. mesh (cloud; peer mesh; peer-to-peergrafiek)
    the mesh; the cloud; the Internet; the peer mesh; the peer-to-peer graph
    – The worldwide collection of networks and gateways that use the TCP/IP suite of protocols to communicate with one another. 1

Vertaal Matrix voor mesh:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Internet cloud; mesh; peer mesh; peer-to-peergrafiek
cloud cloud; mesh; peer mesh; peer-to-peergrafiek wolk
mesh cloud; mesh; peer mesh; peer-to-peergrafiek maas
peer mesh cloud; mesh; peer mesh; peer-to-peergrafiek
peer-to-peer graph cloud; mesh; peer mesh; peer-to-peergrafiek
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cloud troebel maken; vertroebelen
mesh hij spoort niet helemaal; sporen
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
Internet internet