Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- fare:
-
Wiktionary:
- fare → varen, reizen
- fare → voorraadje, proviand, voorraad, diëet, levensmiddelen, reiziger, opvarende, passagier, vervoersprijs, veergeld, veerloon
- fare → voeding, kost, voeder, voedingsmiddel, voedsel, voer, gaan, karren, rijden, varen, lopen, van stapel lopen, verlopen, zich begeven, gesteld zijn, het maken, eten, etenswaar, gerecht, spijs, beemd, weide, wei, weidegrond, weiland, foerage
Engels
Uitgebreide vertaling voor fare (Engels) in het Nederlands
fare:
-
the fare (dish; course; food)
-
the fare (travelling-expenses)
de reiskosten -
the fare
-
the fare (ticket; travelling ticket; railway-ticket; tram ticket)
het reisbiljet -
the fare (load)
Vertaal Matrix voor fare:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gerecht | course; dish; fare; food | court; court of justice; court of law; court-house; law court; tribunal |
reisbiljet | fare; railway-ticket; ticket; tram ticket; travelling ticket | |
reiskosten | fare; travelling-expenses | |
ritprijs | fare | |
schotel | course; dish; fare; food | |
vrachtje | fare; load | |
- | menu; transportation | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | come; do; get along; make out | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | diet |
Verwante woorden van "fare":
Synoniemen voor "fare":
Verwante definities voor "fare":
Wiktionary: fare
fare
Cross Translation:
verb
noun
-
supplies for consumption or pleasure
- fare → voorraadje; proviand; voorraad
-
food and drink
- fare → diëet; levensmiddelen
-
paying passenger
-
money paid for a transport ticket
- fare → vervoersprijs; veergeld; veerloon
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• fare | → voeding; kost; voeder; voedingsmiddel; voedsel; voer | ↔ aliment — Ce qui se manger et servir à entretenir la vie. |
• fare | → gaan; karren; rijden; varen; lopen; van stapel lopen; verlopen; zich begeven; gesteld zijn; het maken | ↔ aller — se déplacer jusqu'à un endroit. |
• fare | → eten; voedsel; voer; voeding; kost; voeder; voedingsmiddel; etenswaar; gerecht; spijs | ↔ nourriture — aliment. |
• fare | → beemd; weide; wei; weidegrond; weiland; voeding; kost; voeder; voedingsmiddel; voedsel; voer; foerage | ↔ pâture — éleva|fr nourriture des bêtes, des oiseaux, des poissons. |