Demolition: vertaling Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

demolition:
- sloop; afbraak; vernieling; verwoesting; ravage; onttakeling; wegbreken
Wiktionary:
- demolition → sloop, afbraak

Engels

Uitgebreide vertaling voor demolition (Engels) in het Nederlands

the demolition (destruction)
de sloop; de afbraak
- sloop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- afbraak [de ~] zelfstandig naamwoord
the demolition (destruction; devastation; havoc; ravage)
de vernieling; de verwoesting; de ravage
- vernieling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verwoesting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- ravage [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the demolition (dismantling)
de onttakeling
- onttakeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the demolition (breaking-up)
wegbreken
- wegbreken [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afbraak	demolition; destruction
onttakeling	demolition; dismantling
ravage	demolition; destruction; devastation; havoc; ravage	destruction; devastation; havoc; ravage
sloop	demolition; destruction
vernieling	demolition; destruction; devastation; havoc; ravage
verwoesting	demolition; destruction; devastation; havoc; ravage	destruction; devastation; havoc; ravage
wegbreken	breaking-up; demolition
-	destruction; wipeout
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
wegbreken		break up; demolish; tear down
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	breaking down; subversion

demolition

noun

the action of demolishing or destroying, in particular of buildings or other structures
- demolition → sloop; afbraak

demolition

noun