Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Zoek: paprika

Engelse en Nederlandse zoekresultaten voor: paprika

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. paprika:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. paprika:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor paprika:
    • bell pepper

Engels

Uitgebreide vertaling voor paprika (Engels) in het Nederlands

paprika:

paprika [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the paprika (capsicum; pepper)
    de paprika
    • paprika [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor paprika:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
paprika capsicum; paprika; pepper
- Capsicum annuum grossum; bell pepper; pimento; pimiento; sweet pepper; sweet pepper plant

Synoniemen voor "paprika":


Verwante definities voor "paprika":

  1. a mild powdered seasoning made from dried pimientos1
  2. plant bearing large mild thick-walled usually bell-shaped fruits; the principal salad peppers1

Wiktionary: paprika

paprika
noun
  1. spice
Cross Translation:
FromToVia
• paprika → paprika ↔ paprika — condiment



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor paprika (Nederlands) in het Engels

paprika:

paprika [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de paprika
    the paprika; the capsicum; the pepper
    • paprika [the ~] zelfstandig naamwoord
    • capsicum [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pepper [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor paprika:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
capsicum paprika
paprika paprika
pepper paprika peper

Verwante woorden van "paprika":

  • paprikaatje

Wiktionary: paprika

paprika
noun
  1. spicy-sweet vegetable
  2. spice
  3. fruit
Cross Translation:
FromToVia
• paprika → paprika ↔ paprika — condiment







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0308 seconde
Page rendered in 1.0 seconds