Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. implantation:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor implantation (Engels) in het Nederlands

implantation:

implantation [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the implantation (inculcation)
    de inplanting; de implantatie
  2. the implantation (inculcation)
    implantering

Vertaal Matrix voor implantation:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
implantatie implantation; inculcation
implantering implantation; inculcation
inplanting implantation; inculcation
- nidation

Synoniemen voor "implantation":


Verwante definities voor "implantation":

  1. a surgical procedure that places something in the human body1
    • the implantation of radioactive pellets in the prostate gland1
  2. the act of planting or setting in the ground1
  3. (embryology) the organic process whereby a fertilized egg becomes implanted in the lining of the uterus of placental mammals1

Wiktionary: implantation

implantation
noun
  1. inplanting

Computer vertaling door derden: