Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. twins:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor twins (Engels) in het Nederlands

twins:

twins [the ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. the twins
    de tweeling; de tweelingen
    • tweeling [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • tweelingen [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor twins:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tweeling twins twin
tweelingen twins

Synoniemen voor "twins":


Verwante definities voor "twins":

  1. (mineralogy) two interwoven crystals that are mirror images on each other1

Wiktionary: twins

twins
noun
  1. twee wezens die met zijn tweeën tegelijk in één buik ontwikkeld zijn

Twins:


Vertaal Matrix voor Twins:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- Gemini; Gemini the Twins

Verwante definities voor "Twins":

  1. the third sign of the zodiac; the sun is in this sign from about May 21 to June 201

Verwante vertalingen van twins