Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. indefatigable:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor indefatigable (Engels) in het Zweeds

indefatigable:

indefatigable bijvoeglijk naamwoord

  1. indefatigable (zealous; tireless; diligent; )
    outtröttlig; outtröttligt
  2. indefatigable (untiring)
    outröttlig; outröttligt

Vertaal Matrix voor indefatigable:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- tireless; unflagging; unwearying
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
oförtröttlig indefatigable
oförtröttligt indefatigable
otröttlig indefatigable; tireless; untiring
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
outröttlig indefatigable; untiring
outröttligt indefatigable; untiring
outtröttlig ardent; assiduous; diligent; indefatigable; industrious; practiced; practised; tireless; untiring; unwearying; zealous
outtröttligt ardent; assiduous; diligent; indefatigable; industrious; practiced; practised; tireless; untiring; unwearying; zealous

Synoniemen voor "indefatigable":


Verwante definities voor "indefatigable":

  1. showing sustained enthusiastic action with unflagging vitality1
    • an indefatigable advocate of equal rights1

Wiktionary: indefatigable

indefatigable
adjective
  1. extremely persistent and untiring