Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. firewood:
  2. fire wood:
  3. Wiktionary:
    • firewood → ved


Engels

Uitgebreide vertaling voor firewood (Engels) in het Zweeds

firewood:

firewood [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the firewood (logs)
    vedkubbar; vedträn; timmerstockar

firewood

  1. firewood
  2. firewood (fuelwood)

Vertaal Matrix voor firewood:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
timmerstockar firewood; logs
vedkubbar firewood; logs
vedträn firewood; logs
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
blåved firewood
brännved firewood; fuelwood fuel wood

Synoniemen voor "firewood":


Verwante definities voor "firewood":

  1. wood used for fuel1
    • they collected and cut their own firewood1

Wiktionary: firewood

firewood
noun
  1. wood intended to be burned, typically for heat
    • firewoodved

fire wood:

fire wood [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the fire wood (log)
    vedträ; ved
    • vedträ [-ett] zelfstandig naamwoord
    • ved [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fire wood:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ved fire wood; log split-wood; timber; timbre; wood
vedträ fire wood; log

Verwante vertalingen van firewood