Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. buttock:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor buttock (Engels) in het Zweeds

buttock:

buttock [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the buttock
    bakhalva; bakdel; skinka

Vertaal Matrix voor buttock:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bakdel buttock backpart
bakhalva buttock
skinka buttock ham; hams; leg of pork
- cheek

Verwante woorden van "buttock":


Synoniemen voor "buttock":


Verwante definities voor "buttock":

  1. either of the two large fleshy masses of muscular tissue that form the human rump1

Wiktionary: buttock

buttock
noun
  1. each of the two large fleshy halves of the posterior part of the body

Cross Translation:
FromToVia
buttock skinka Backe — eine Hälfte des Gesäßes
buttock skinka Arschbackevulgär: Teil des Gesäßes
buttock skinka fesse — anatomie|fr Chacune des deux masses charnues situées à la partie postérieure du bassin, chez l’être humain et certains mammifères.

Computer vertaling door derden: