Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. mountaineer:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor mountaineer (Engels) in het Zweeds

mountaineer:

mountaineer [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the mountaineer (climber; alpinist)
    bergsklättrare; bergsbestigare

Vertaal Matrix voor mountaineer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bergsbestigare alpinist; climber; mountaineer
bergsklättrare alpinist; climber; mountaineer
- mountain climber

Verwante woorden van "mountaineer":

  • mountaineers

Synoniemen voor "mountaineer":


Verwante definities voor "mountaineer":

  1. someone who climbs mountains1
  2. climb mountains for pleasure as a sport1

Wiktionary: mountaineer

mountaineer
noun
  1. one who climbs mountains for sport or pleasure

Cross Translation:
FromToVia
mountaineer alpinist; bergsbestigare Bergsteiger — Person, die einen Berg hinauf steigt
mountaineer bergsbestigare; alpinist Bergsteigerin — weibliche Person, die (meist als Sportlerin) Berge hinaufsteigt
mountaineer bergbestigare alpiniste — alpinisme|fr Celui, celle qui pratiquer l’alpinisme.

Computer vertaling door derden: