Home ->Woordenboeken ->Spaans/Duits ->Vertaal galocha

Vertaal galocha van Spaans naar Duits

Overzicht
Spaans naar Duits:   Meer gegevens...
  1. galocha:
  2. Wiktionary:

Spaans

Uitgebreide vertaling voor galocha (Spaans) in het Duits

galocha:

galocha [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la galocha (borrón; mastuerzo; chanclo; )
    der Klumpen; der Grus; der Brocken; der Holzschuh; der Klecks; der Tölpel
    • Klumpen [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Grus [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Brocken [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Holzschuh [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Klecks [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Tölpel [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. la galocha (toque; pedazo; golpe; )
    die Flunder
    • Flunder [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor galocha:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Brocken borrones; borrón; chanclo; galocha; golpe; grumo; limanda; mancha; mastuerzo; pedazo; pedazón; terrones; terrón; toque; trozón; zueco documento; estatura; fragmento; golpe; grumo; parte; pedacito; pedazo; pieza; sonido de golpe; terrón; terrón de azúcar; trocito; trozo; zuequito
Flunder borrón; chanclo; galocha; golpe; grumo; limanda; mancha; mastuerzo; pedazo; pedazón; terrón; toque; trozón; zueco
Grus borrones; borrón; chanclo; galocha; golpe; grumo; limanda; mancha; mastuerzo; pedazo; pedazón; terrones; terrón; toque; trozón; zueco cascajo; grava; gravilla; guijo
Holzschuh borrones; borrón; chanclo; galocha; golpe; grumo; limanda; mancha; mastuerzo; pedazo; pedazón; terrones; terrón; toque; trozón; zueco chanclo; zapato de madero; zueco
Klecks borrones; borrón; chanclo; galocha; golpe; grumo; limanda; mancha; mastuerzo; pedazo; pedazón; terrones; terrón; toque; trozón; zueco borrón; frotis; gota; mancha; marca; mocho; salpicadura; tacha
Klumpen borrones; borrón; chanclo; galocha; golpe; grumo; limanda; mancha; mastuerzo; pedazo; pedazón; terrones; terrón; toque; trozón; zueco borrón; cúmulo; estatura; fragmento; golpe; gota; grumo; mancha; masa; montón; multitud; parte; pedazo; pieza; sonido de golpe; terrón; terrón de azúcar; trozo; zuequito
Tölpel borrones; borrón; chanclo; galocha; golpe; grumo; limanda; mancha; mastuerzo; pedazo; pedazón; terrones; terrón; toque; trozón; zueco agricultor; ala; aldeano; boba; bobo; bruto; bufón; burro; campesino; capullo; cateto; chiflado; comodín; desgraciado; eructo; gamberro; ganso; granjero; granuja; grosero; jota; loco; mal educado; maleducado; mastuerzo; mentecato; mequetrefe; miserable; necio; nulidad; paleto; palurdo; patán; payaso; pedazo de animal; pedazón; persona torpe; proleta; retardado; simplón; tonto; torpe; trozón

Wiktionary: galocha

galocha
noun
  1. Überschuh, oftmals aus Gummi
Cross Translation:
FromToVia
• galocha → Überziegschuh ↔ overschoen — schoeisel|nld een (vaak rubberen) schoen die ter bescherming tegen nat en vuil over een andere wordt aangetrokken
• galocha → Galosche; Überschuh ↔ galoche — Espèce de chaussure dont le dessus est de cuir, la semelle de bois. Dans sa forme ancienne, elle se mettait par-dessus les chaussons ou les souliers.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van galocha







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0378 seconde
Page rendered in 1.0 seconds