Garantizar in het Duits vertaald uit het Spaans

Remove Ads

Overzicht

Spaans naar Duits: Meer gegevens...

garantizar:
- sicherstellen; garantieren; gewährleisten; zusichern
Wiktionary:
- garantizar → garantieren, versichern

Spaans

Uitgebreide vertaling voor garantizar (Spaans) in het Duits

garantizar:

garantizar werkwoord

garantizar (avalar)
sicherstellen; garantieren; gewährleisten
- sicherstellen werkwoord
- garantieren werkwoord (garantiere, garantierst, garantiert, garantierte, garantiertet, garantiert)
- gewährleisten werkwoord (gewährleiste, gewährleistest, gewährleistet, gewährleistete, gewährleistetet, gewährleistet)
garantizar (avalar)
gewährleisten; sicherstellen; garantieren; zusichern
- gewährleisten werkwoord (gewährleiste, gewährleistest, gewährleistet, gewährleistete, gewährleistetet, gewährleistet)
- sicherstellen werkwoord
- garantieren werkwoord (garantiere, garantierst, garantiert, garantierte, garantiertet, garantiert)
- zusichern werkwoord (sichere zu, sicherst zu, sichert zu, sicherte zu, sichertet zu, zugesichert)

Conjugations for garantizar:

presente

garantizo
garantizas
garantiza
garantizamos
garantizáis
garantizan

imperfecto

garantizaba
garantizabas
garantizaba
garantizábamos
garantizabais
garantizaban

indefinido

garanticé
garantizaste
garantizó
garantizamos
garantizasteis
garantizaron

fut. de ind.

garantizaré
garantizarás
garantizará
garantizaremos
garantizaréis
garantizarán

condic.

garantizaría
garantizarías
garantizaría
garantizaríamos
garantizaríais
garantizarían

pres. de subj.

que garantice
que garantices
que garantice
que garanticemos
que garanticéis
que garanticen

imp. de subj.

que garantizara
que garantizaras
que garantizara
que garantizáramos
que garantizarais
que garantizaran

miscelánea

¡garantiza!
¡garantizad!
¡no garantices!
¡no garanticéis!
garantizado
garantizando

1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor garantizar:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
garantieren	avalar; garantizar	acreditar; cerciorarse de que
gewährleisten	avalar; garantizar	acreditar
sicherstellen	avalar; garantizar	acreditar; preservar de; proteger contra
zusichern	avalar; garantizar

Synoniemen voor "garantizar":

empeñar; comprometer; asegurar
juramentar; prometer; jurar
testimoniar; certificar; apalabrar; afirmar; confirmar
respaldar; avalar
salvaguardar; proteger; amparar; custodiar; defender; preservar

Wiktionary: garantizar

Cross Translation:

From	To	Via
• garantizar	→ garantieren; versichern	↔ guarantee — to assure that something will get done right
• garantizar	→ garantieren	↔ warrant — to guarantee
• garantizar	→ garantieren	↔ garanderen — de uitkomst ergens van verzekeren

Computer vertaling door derden: