Overzicht
Spaans naar Frans:   Meer gegevens...
  1. afiladores:
  2. afilador:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor afiladores (Spaans) in het Frans

afiladores:

afiladores [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el afiladores
    le tailleurs; l'aiguiseurs; l'aiguisoirs; l'émouleurs

Vertaal Matrix voor afiladores:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aiguiseurs afiladores
aiguisoirs afiladores
tailleurs afiladores modistas; sastres
émouleurs afiladores

Verwante woorden van "afiladores":


afilador:

afilador [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el afilador (amolador)
    le rémouleur; le repasseur
  2. el afilador (suavizador; asentador)
    le cuir à rasoir

Vertaal Matrix voor afilador:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cuir à rasoir afilador; asentador; suavizador
repasseur afilador; amolador alguien quien plancha la ropa; planchador
rémouleur afilador; amolador

Verwante woorden van "afilador":


Wiktionary: afilador

afilador
noun
  1. Personne qui repasse une lame
  2. Celui qui aiguiser les couteaux, les ciseaux, etc., au moyen d’une meule.

Cross Translation:
FromToVia
afilador rémouleur scharensliep — man die vroeger langs de deuren ging om scharen en/of messen te slijpen