Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. bramido:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor bramido (Spaans) in het Nederlands

bramido:

bramido [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el bramido (rugido; trueno; estruendo; )
    het gebrul; loeien van de wind; het geraas; het gebulder; het geloei
  2. el bramido (berrido; grito; estampido; )
    het getier; gescheld
    • getier [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gescheld [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bramido:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gebrul alarido; aullido; berrido; bramido; estruendo; mugido; rabieta; rugido; trueno alboroto; chillidos; estruendo; gritería; gritos; rabieta; vocerío
gebulder alarido; aullido; berrido; bramido; estruendo; mugido; rabieta; rugido; trueno alboroto; chillidos; estruendo; gritería; gritos; rabieta; vocerío
geloei alarido; aullido; berrido; bramido; estruendo; mugido; rabieta; rugido; trueno
geraas alarido; aullido; berrido; bramido; estruendo; mugido; rabieta; rugido; trueno alboroto
gescheld alarido; aullido; berrido; bramido; chillido; estampido; gemido; grito; rugido; vocería afrenta; bronca; ultraje
getier alarido; aullido; berrido; bramido; chillido; estampido; gemido; grito; rugido; vocería
loeien van de wind alarido; aullido; berrido; bramido; estruendo; mugido; rabieta; rugido; trueno

Verwante woorden van "bramido":

  • bramidos

Synoniemen voor "bramido":