Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. comensales:
  2. comensal:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor comensales (Spaans) in het Nederlands

comensales:

comensales [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el comensales
    gasten aan tafel
  2. el comensales
    de eters; tafelgasten
    • eters [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • tafelgasten [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor comensales:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eters comensales
gasten aan tafel comensales
tafelgasten comensales

Verwante woorden van "comensales":


comensal:

comensal [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el comensal (invitado a comer; convidado; invitado)
    gast aan tafel

Vertaal Matrix voor comensal:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gast aan tafel comensal; convidado; invitado; invitado a comer

Verwante woorden van "comensal":


Wiktionary: comensal

comensal
noun
  1. iemand die mee aan tafel zit.
  2. iemand (vrouwelijk) die mee aan tafel zit.