Compradora in het Nederlands vertaald uit het Spaans

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

compradora:
- opkoopster; opkoper; koper; koopster; aankoper
comprador:
- klant; cliënt; afnemer; koper; inkoper; aankoper; orderplaatser; besteller; opkoopster; opkoper; koopster
Wiktionary:
- comprador → afnemer
- comprador → koper, aankoper, klant, inkoper, afnemer, opkoper, verkrijger, koopster

Spaans

Uitgebreide vertaling voor compradora (Spaans) in het Nederlands

la compradora (comprador; prendero; chamarilero)
opkoopster; de opkoper; de koper; de koopster
- opkoopster [znw.] zelfstandig naamwoord
- opkoper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- koper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- koopster [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la compradora (comprador)
aankoper; de koper
- aankoper [znw.] zelfstandig naamwoord
- koper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aankoper	comprador; compradora
koopster	chamarilero; comprador; compradora; prendero
koper	chamarilero; comprador; compradora; prendero	cliente; cobre; cobre puro; cobre rojo; comprador; parroquiana; parroquiano
opkoopster	chamarilero; comprador; compradora; prendero
opkoper	chamarilero; comprador; compradora; prendero

el comprador (cliente; parroquiana; parroquiano)
de klant; de cliënt; de afnemer; de koper
- klant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- cliënt [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- afnemer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- koper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el comprador
de inkoper
- inkoper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el comprador (compradora)
aankoper; de koper
- aankoper [znw.] zelfstandig naamwoord
- koper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el comprador (adquiriente)
orderplaatser; de besteller
- orderplaatser [znw.] zelfstandig naamwoord
- besteller [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el comprador (compradora; prendero; chamarilero)
opkoopster; de opkoper; de koper; de koopster
- opkoopster [znw.] zelfstandig naamwoord
- opkoper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- koper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- koopster [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aankoper	comprador; compradora
afnemer	cliente; comprador; parroquiana; parroquiano
besteller	adquiriente; comprador	cartero; charla; distribuidor; mensajero; repartidor
cliënt	cliente; comprador; parroquiana; parroquiano
inkoper	comprador
klant	cliente; comprador; parroquiana; parroquiano	cliente
koopster	chamarilero; comprador; compradora; prendero
koper	chamarilero; cliente; comprador; compradora; parroquiana; parroquiano; prendero	cobre; cobre puro; cobre rojo
opkoopster	chamarilero; comprador; compradora; prendero
opkoper	chamarilero; comprador; compradora; prendero
orderplaatser	adquiriente; comprador

comprador

noun

individueel persoon of rechtspersoon die goederen of diensten opkoopt
- afnemer → cliente; comprador

Cross Translation:

From	To	Via
• comprador	→ koper; aankoper; klant; inkoper	↔ buyer — person who makes purchases
• comprador	→ afnemer	↔ Abnehmer — Eine Person, Gruppe oder Institution, die das von einem anderen Gelieferte oder Produzierte gegen eine Gegenleistung annimmt. In der Regel ist der A. der vorgesehene – „Nachfrager am Markt“ – Empfänger gegen Bezahlung im wirtschaftlichen Kontext, Hehlerei und Drogenhandel inbegriffen.
• comprador	→ inkoper; opkoper; afnemer; klant; koper	↔ acheteur — Celui, celle qui acheter.
• comprador	→ verkrijger; afnemer; klant; koper; koopster	↔ acquéreur — Celui qui acquérir. Se dit surtout de celui qui acquiert des biens immobiliers.