Economía in het Nederlands vertaald uit het Spaans

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

economía:
- economie; volkshuishouding; staathuishoudkunde; besparing; kostenbesparing; inkrimping; besnoeiing; verkorting; bezuiniging; bekorting; kostenverlaging; zuinig zijn; zuinigheid
Wiktionary:
- economía → zuinigheid
- economía → economie, zuinigheid

Spaans

Uitgebreide vertaling voor economía (Spaans) in het Nederlands

la economía
de economie; de volkshuishouding; de staathuishoudkunde
- economie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- volkshuishouding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- staathuishoudkunde [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la economía
de economie
- economie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la economía (reducción de gastos; ahorro)
de besparing; de kostenbesparing; de inkrimping; de besnoeiing; de verkorting; de bezuiniging; de bekorting
- besparing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- kostenbesparing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- inkrimping [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- besnoeiing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verkorting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- bezuiniging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- bekorting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la economía (reducción de los gastos; ahorro; recorte)
de kostenverlaging; de bezuiniging
- kostenverlaging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- bezuiniging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la economía (ahorro)
zuinig zijn; de zuinigheid
- zuinig zijn [znw.] zelfstandig naamwoord
- zuinigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bekorting	ahorro; economía; reducción de gastos
besnoeiing	ahorro; economía; reducción de gastos	despuntar; podar
besparing	ahorro; economía; reducción de gastos
bezuiniging	ahorro; economía; recorte; reducción de gastos; reducción de los gastos
economie	economía	industria y comercio
inkrimping	ahorro; economía; reducción de gastos	reducción; restricción
kostenbesparing	ahorro; economía; reducción de gastos
kostenverlaging	ahorro; economía; recorte; reducción de los gastos
staathuishoudkunde	economía
verkorting	ahorro; economía; reducción de gastos
volkshuishouding	economía
zuinig zijn	ahorro; economía
zuinigheid	ahorro; economía	ahorro; escasez; parquedad
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
zuinig zijn		economizar

economía

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• economía	→ economie	↔ economics — study
• economía	→ economie	↔ economy — effective management of the resources of a community or system
• economía	→ economie	↔ economy — production and distribution and consumption
• economía	→ zuinigheid	↔ thrift — characteristic of using a minimum of something
• economía	→ economie	↔ Wirtschaft — Gesamtheit menschlichen Handelns und der dazu benötigten Werkzeuge und Einrichtungen zur Befriedigung von Bedürfnissen
• economía	→ economie	↔ Ökonomie — die Struktur der Wirtschaft eines Gebietes
• economía	→ economie	↔ Ökonomie — sparsamer Gebrauch/Umgang von/mit etwas