Prácticas in het Nederlands vertaald uit het Spaans

Remove Ads

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

prácticas:
- stage; ervaring; praktijk; routine; oefening; vaardigheidsoefening
práctico:
- nuttig; handig; praktisch; in de praktijk; practisch; gemakkelijk; zakelijk; nuchter; koel; handzaam
Wiktionary:
- prácticas → stage
- práctico → handig
- práctico → loods
- práctico → handig, praktisch, loods

Spaans

Uitgebreide vertaling voor prácticas (Spaans) in het Nederlands

prácticas:

prácticas [la ~] zelfstandig naamwoord

la prácticas
de stage
- stage [de ~] zelfstandig naamwoord
la prácticas (rutina; práctica; carrera; experiencia; entrenamiento; habilidad; formación; capacitación; consulta; estudios)
de ervaring; de praktijk; de routine
- ervaring [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- praktijk [de ~] zelfstandig naamwoord
- routine [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la prácticas (ejercicio; ejercicio de destreza; ejercicio de habilidad; estudios; educación)
de oefening; vaardigheidsoefening
- oefening [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- vaardigheidsoefening [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor prácticas:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ervaring	capacitación; carrera; consulta; entrenamiento; estudios; experiencia; formación; habilidad; práctica; prácticas; rutina	experiencia
oefening	educación; ejercicio; ejercicio de destreza; ejercicio de habilidad; estudios; prácticas
praktijk	capacitación; carrera; consulta; entrenamiento; estudios; experiencia; formación; habilidad; práctica; prácticas; rutina	consulta
routine	capacitación; carrera; consulta; entrenamiento; estudios; experiencia; formación; habilidad; práctica; prácticas; rutina
stage	prácticas
vaardigheidsoefening	educación; ejercicio; ejercicio de destreza; ejercicio de habilidad; estudios; prácticas

Verwante woorden van "prácticas":

práctico

Wiktionary: prácticas

Cross Translation:

From	To	Via
• prácticas	→ stage	↔ internship — job taken by a student

práctico:

práctico bijvoeglijk naamwoord

práctico (útil; manejable)
nuttig; handig
- nuttig bijvoeglijk naamwoord
- handig bijvoeglijk naamwoord
práctico
praktisch; in de praktijk
- praktisch bijvoeglijk naamwoord
- in de praktijk bijvoeglijk naamwoord
práctico
practisch; nuttig; gemakkelijk
- practisch bijvoeglijk naamwoord
- nuttig bijvoeglijk naamwoord
- gemakkelijk bijvoeglijk naamwoord
práctico (material; calmo; de negocios; sobrio; directo; conciso; comercial; juiciosa; ayuno; en ayunas; objetivo; sereno; realista; indiferente; concreto)
zakelijk; nuchter; koel
- zakelijk bijvoeglijk naamwoord
- nuchter bijvoeglijk naamwoord
- koel bijvoeglijk naamwoord
práctico (manejable; cómodo; diestro; de fácil manejo)
handzaam
- handzaam bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor práctico:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gemakkelijk	práctico	amable; confortable; cómodo; fácil; fácilmente; sencillo; simple; simpático; sin complicaciones; sin esfuerzo; sociable
handig	manejable; práctico; útil	afilado; agudo; aprovechado; atractivo; buen mozo; capaz; cortante; descansado; despierto; diestro; espabilado; experimentado; experto; habilidoso; ingenioso; listo; mañoso; servible; sofisticado; talentoso; utilizable; útil
handzaam	cómodo; de fácil manejo; diestro; manejable; práctico
koel	ayuno; calmo; comercial; conciso; concreto; de negocios; directo; en ayunas; indiferente; juiciosa; material; objetivo; práctico; realista; sereno; sobrio	airado; calmo; cerrado; con escalofríos; despreocupado; estremecido; fresco; fresquito; frío; impasible; impávido; ligero; refrigerante; reservado; retraído
nuchter	ayuno; calmo; comercial; conciso; concreto; de negocios; directo; en ayunas; indiferente; juiciosa; material; objetivo; práctico; realista; sereno; sobrio	sensato; sobrio
nuttig	manejable; práctico; útil	fecundo; fructífero; fértil; lucrativo; rentable; servible; utilizable; útil
praktisch	práctico	fecundo; fructífero; fértil; lucrativo; rentable
zakelijk	ayuno; calmo; comercial; conciso; concreto; de negocios; directo; en ayunas; indiferente; juiciosa; material; objetivo; práctico; realista; sereno; sobrio
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gemakkelijk		fácilmente
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
in de praktijk	práctico	en la práctica
practisch	práctico

Verwante woorden van "práctico":

práctica, prácticas, prácticos

Synoniemen voor "práctico":

experimental; empírico; positivo; real
experto; hábil; avezado; diestro; entendido; experimentado; habituado; perito; versado
funcional; cómodo; eficaz; sencillo; utilitario; pragmático
guía; conductor; director; orientador; piloto; monitor; lazarillo; explorador; timonel; capitán; cicerone; intérprete; postillón
materialista

Wiktionary: práctico

práctico

adjective

goed met de handen om kunnen gaan
- handig → hábil; diestro; práctico

noun

een persoon die schepen begeleidt bij het varen van en naar een haven
- loods → práctico; piloto

Cross Translation:

From	To	Via
• práctico	→ handig	↔ handy — easy to use
• práctico	→ praktisch	↔ practical — based on practice or action rather than theory or hypothesis
• práctico	→ loods	↔ Lotse — Seemann, der berufsmäßig Schiffe durch schwierige Gewässer in den Hafen berät

Verwante vertalingen van prácticas

Remove Ads

Vertaal prácticas van Spaans naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor prácticas (Spaans) in het Nederlands

prácticas:

prácticas [la ~] zelfstandig naamwoord

la prácticas

la prácticas (rutina; práctica; carrera; experiencia; entrenamiento; habilidad; formación; capacitación; consulta; estudios)

la prácticas (ejercicio; ejercicio de destreza; ejercicio de habilidad; estudios; educación)

Vertaal Matrix voor prácticas:

Verwante woorden van "prácticas":

Wiktionary: prácticas

práctico:

práctico bijvoeglijk naamwoord

práctico (útil; manejable)

práctico

práctico

práctico (material; calmo; de negocios; sobrio; directo; conciso; comercial; juiciosa; ayuno; en ayunas; objetivo; sereno; realista; indiferente; concreto)

práctico (manejable; cómodo; diestro; de fácil manejo)

Vertaal Matrix voor práctico:

Verwante woorden van "práctico":

Synoniemen voor "práctico":

Wiktionary: práctico

Verwante vertalingen van prácticas