Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. proximidades:
  2. proximidad:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor proximidades (Spaans) in het Nederlands

proximidades:

proximidades [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la proximidades (alrededores; entorno; cercanías)
    de omgeving; omstreek; de omtrek
    • omgeving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • omstreek [znw.] zelfstandig naamwoord
    • omtrek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. la proximidades (alrededores; cercanías)
    de omstreken
    • omstreken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor proximidades:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
omgeving alrededores; cercanías; entorno; proximidades entorno
omstreek alrededores; cercanías; entorno; proximidades
omstreken alrededores; cercanías; proximidades
omtrek alrededores; cercanías; entorno; proximidades borde; circunferencia; contorno; límite; marco; perímetro

Verwante woorden van "proximidades":


proximidad:

proximidad [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la proximidad (cercanía; barrio; vecindad)
    de nabijheid; de buurt
    • nabijheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • buurt [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor proximidad:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
buurt barrio; cercanía; proximidad; vecindad barriada; barrio
nabijheid barrio; cercanía; proximidad; vecindad

Verwante woorden van "proximidad":


Synoniemen voor "proximidad":


Wiktionary: proximidad


Cross Translation:
FromToVia
proximidad nabijheid proximity — closeness; the state of being near as in space, time, or relationship

Verwante vertalingen van proximidades