Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. transeúntes:
  2. transeúnte:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor transeúntes (Spaans) in het Nederlands

transeúntes:

transeúntes [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la transeúntes
    de passanten
    • passanten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor transeúntes:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
passanten transeúntes

Verwante woorden van "transeúntes":


transeúnte:

transeúnte [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el transeúnte (viajero en tránsito)
    de passant; de voorbijganger

Vertaal Matrix voor transeúnte:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
passant transeúnte; viajero en tránsito
voorbijganger transeúnte; viajero en tránsito

Verwante woorden van "transeúnte":


Wiktionary: transeúnte


Cross Translation:
FromToVia
transeúnte omstander bystander — a person who, although present at some event, does not take part in it; an observer or spectator
transeúnte voorbijganger; passant passer-by — a person who is passing by

Computer vertaling door derden: