Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. trauma:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor trauma (Spaans) in het Nederlands

trauma:

trauma [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el trauma (traumatismo; herida; lesión)
    het trauma
    • trauma [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor trauma:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
trauma herida; lesión; trauma; traumatismo traumatismo

Verwante woorden van "trauma":

  • traumas

Synoniemen voor "trauma":


Wiktionary: trauma

trauma
noun
  1. lichamelijke schade met name aangericht in een ongeluk of gevecht
  2. psychische stoornis, ontstaan door een schokkende ervaring