Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. cosita:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor cosita (Spaans) in het Zweeds

cosita:

cosita [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la cosita (nadería; bagatela; tontería; )
    bagatell; småsak; futtighet

Vertaal Matrix voor cosita:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bagatell bagatela; cosita; friolera; fruslería; futulidad; insignificancia; nadería; nimiedad; tontería bagatela; futilidad; tontería; vaina
futtighet bagatela; cosita; friolera; fruslería; futulidad; insignificancia; nadería; nimiedad; tontería
småsak bagatela; cosita; friolera; fruslería; futulidad; insignificancia; nadería; nimiedad; tontería banalidad; friolera; naderia; vulgaridad