Overzicht
Spaans naar Zweeds: Meer gegevens...
- experta:
-
experto:
- sakkunnig; expert; specialist; fackman; kännare
- skickligt; händigt; kunnigt; duktig; kunnig; duktigt; fingerfärdig; fingerfärdigt; bra; behändighet; kapabelt; användbar; uppriktig; användbart; klokt; erfaren; vant; erfaret; beprövad; beprövatd; erfarenhet; sakkunnig; effektiv; effektivt; duglig; mäktigt; i stånd till; dugligt
- Wiktionary:
Spaans
Uitgebreide vertaling voor experta (Spaans) in het Zweeds
experta:
-
la experta (especialista; conocedora; experta en la materia; experta en su materia)
Vertaal Matrix voor experta:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
expert | conocedora; especialista; experta; experta en la materia; experta en su materia | especialista; experto; perito; profesional |
specialist | conocedora; especialista; experta; experta en la materia; experta en su materia | especialista; experto; perito |
Verwante woorden van "experta":
experta vorm van experto:
-
el experto (perito; especialista)
-
el experto (profesional; especialista)
-
el experto (conocedor)
-
experto (diestro; mañoso; capaz; listo; descansado; talentoso; aprovechado; despierto; agudo; atractivo; sofisticado; cortante; afilado; ingenioso; espabilado; experimentado; habilidoso; buen mozo)
skickligt; händigt; kunnigt; duktig; kunnig; duktigt; fingerfärdig; fingerfärdigt-
skickligt bijvoeglijk naamwoord
-
händigt bijvoeglijk naamwoord
-
kunnigt bijvoeglijk naamwoord
-
duktig bijvoeglijk naamwoord
-
kunnig bijvoeglijk naamwoord
-
duktigt bijvoeglijk naamwoord
-
fingerfärdig bijvoeglijk naamwoord
-
fingerfärdigt bijvoeglijk naamwoord
-
-
experto (capaz; competente; apto; calificado; experto en la materia; perito)
bra; behändighet; kapabelt-
bra bijvoeglijk naamwoord
-
behändighet bijvoeglijk naamwoord
-
kapabelt bijvoeglijk naamwoord
-
-
experto (ingenioso; despierto; sabio; astuto; genial; talentoso; perito; espabilado; inventivo; sabihondo)
användbar; uppriktig; användbart; klokt-
användbar bijvoeglijk naamwoord
-
uppriktig bijvoeglijk naamwoord
-
användbart bijvoeglijk naamwoord
-
klokt bijvoeglijk naamwoord
-
-
experto (experimentado; capacitado; capaz; profesional; competente; versado en)
-
experto (hábil; capaz; talentoso; listo; apto; competente; versado; habilidoso; perito; diestro; ducho; entrenado; mañoso; certero; experimentado; sabiondo)
erfarenhet; kunnig; kunnigt-
erfarenhet bijvoeglijk naamwoord
-
kunnig bijvoeglijk naamwoord
-
kunnigt bijvoeglijk naamwoord
-
-
experto (experto en la materia; profesional; prudente; competente; calificado; juicioso; asentado)
-
experto (versado; ducho)
-
experto (competente; hábil; versado; experimentado)
duktigt; duglig; mäktigt; i stånd till; dugligt-
duktigt bijvoeglijk naamwoord
-
duglig bijvoeglijk naamwoord
-
mäktigt bijvoeglijk naamwoord
-
i stånd till bijvoeglijk naamwoord
-
dugligt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor experto:
Verwante woorden van "experto":
Synoniemen voor "experto":
Wiktionary: experto
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• experto | → expert; kännare | ↔ cognoscente — Someone possessing superior or specialized knowledge in a particular field; a connoisseur |
• experto | → expert | ↔ expert — extraordinarily capable or knowledgeable |
• experto | → expert; sakkunnig | ↔ expert — person with extensive knowledge or ability |
• experto | → expert | ↔ Experte — Mensch, der in einem bestimmten Gebiet beziehungsweise in einem Fach sehr bewandert ist |
• experto | → sakkunnig; expert | ↔ Gutachter — Sachverständiger, Fachmann, der für ein Amt schriftlich oder mündlich eine Situation beurteilt |
• experto | → kapacitet | ↔ Kapazität — Fachmann, Leistungsträger |